Voedselinfecties worden veroorzaakt door voedsel dat ziekmakende bacteriën, parasieten of virussen bevat.
Deze bacterie, parasiet of virus komt bij een voedselinfectie in de darm terecht waardoor de darmwand geprikkeld of aangetast wordt. Hierdoor kunnen mensen klachten ervaren zoals heftige buikkrampen, diarree of overgeven.
De infectie kan echter nog enkele weken in de ontlasting voorkomen. Hierdoor kunnen anderen ook besmet worden. Door eten goed te bewaren, op tijd weg te gooien en door hygiënisch in de keuken te werk te gaan, is een voedselinfectie te voorkomen.
Anders dan een voedselinfectie heb je bij een voedselvergiftiging te maken met bacteriën of schimmels die giftige stoffen maken.