Voedselvergiftiging ontstaat door giftige stoffen in voedsel die vaak worden geproduceerd door bacteriën of schimmels. Een voedselvergiftiging is te voorkomen door eten goed te bewaren, op tijd weg te gooien en door hygiënisch te werken in de keuken.
Verhitten van eten zorgt er niet voor dat de gifstoffen onschadelijk gemaakt worden. Meestal ontstaan binnen 8 uur na besmetting klachten, zoals buikkrampen, diarree, braken of misselijkheid. Een voedselvergiftiging is niet hetzelfde als een voedselinfectie waarbij bacteriën, virussen of parasieten in het voedsel de boosdoeners zijn.
Er is geen specifieke behandeling bij een voedselvergiftiging. Wel is het belangrijk dat je genoeg vocht tot je neemt, zodat je niet uitdroogt.