Te veel eten is niet de hoofdoorzaak van overgewicht. Het ligt meer aan wát je eet. De ene calorie is de andere niet, en vooral snelle koolhydraten zorgen ervoor dat we meer vet opslaan en snel weer honger hebben.
Overgewicht komt niet door hoeveel je eet, maar wat je eet
Nieuwe manier van kijken
Dat stellen 17 onderzoekers in een artikel gepubliceerd in The American Journal of Clinical Nutrition. Zij vinden dat we op een andere manier moeten kijken naar obesitas.
In de huidige voedingszorg wordt uitgegaan van een energiebalans: als je evenveel calorieën eet als je verbruikt, dan blijf je op gewicht. Maar hiermee wordt geen rekening gehouden met het effect dat een voedingsmiddel heeft op het lichaam.
De ene calorie is de andere niet
Calorieën krijgen we grotendeels binnen uit koolhydraten, vet, eiwit en alcohol. Als gemiddelden stelt het Voedingscentrum dat een vrouw 2.000 kilocalorieën per dag nodig heeft en een man 2.500.
Als je uitgaat van de energiebalans maakt het niet uit waar die calorieën in zitten. Dan kan je net zo goed een avocado eten als een wit broodje chocopasta, zolang je maar op de hoeveelheid calorieën let.
Vermijd snelle koolhydraten
De onderzoekers stellen dat er een andere manier nodig is van kijken naar voeding. Zij brengen het koolhydraat-insuline model onder de aandacht.
Volgens deze theorie gaat het niet zozeer om de hoeveelheid calorieën, maar om de bron van de calorieën en hoe het lichaam erop reageert. De snelle koolhydraten zijn volgens die theorie de boosdoeners van gewichtstoename.
Hoe gezond eet jij?
Doe de quiz en kom er in enkele minuten achter! Ook ontvang je een persoonlijk advies waarin staat hoe je je eetpatroon kunt verbeteren.
Wil jij graag je gezondheid verbeteren?
Gebruik onze gratis Matching tool om de voedingsexpert te vinden die jou het beste kan ondersteunen.
Ga naar de Matching toolSnelle koolhydraten zitten bijvoorbeeld in gezoete dranken, snoep, koek, snacks, zoet beleg, gezoete ontbijtgranen, witbrood, pasta en rijst. Als je deze vaak sterk bewerkte, koolhydraatrijke producten eet, reageert het lichaam daarop door meer vet op te slaan.
Bovendien krijg je na het eten hiervan een hoge piek in je bloedsuikerwaarden, waarna een dip volgt. Door die dip krijgt je lichaam het seintje dat je honger hebt, waardoor je dus snel na de vorige maaltijd weer gaat eten. Zowel de toename van vetopslag als het snelle hongersignaal zorgen ervoor dat je aankomt in gewicht.
Je hebt vast wel eens van complexe koolhydraten gehoord. Dit zijn voornamelijk vezelrijke producten, die langzamer verteerd worden door het lichaam en je dus een meer verzadigd gevoel geven, zoals volkoren producten.
Is aankomen oorzaak of gevolg?
Door het koolhydraat-insuline model gaan we anders kijken naar overgewicht. Volgens de theorie van energiebalans worden mensen te dik omdat ze te veel eten. Maar volgens het andere model is overeten geen oorzaak, maar een gevolg.
Omdat mensen het verkeerde eten, ontstaat meer vetopslag en vraagt het lichaam steeds weer om eten. Hierdoor gaan mensen meer en meer eten. Of zoals de auteurs het zelf uitleggen; een puber gaat niet meer eten met als doel om te groeien.
Het groeiende lichaam vraag zelf om meer eten, en daarom eet een puber zoveel. De oorzaak zit niet in de hoeveelheid, maar in biologische en fysiologische veranderingen in het lichaam.
Hoe gezond eet jij?
Doe de quiz en kom er in enkele minuten achter! Ook ontvang je een persoonlijk advies waarin staat hoe je je eetpatroon kunt verbeteren.
Andere aanpak
Als de ideeën volgens het koolhydraat-insuline model kloppen, dan heeft dit een grote invloed op hoe mensen gewicht kunnen verliezen. Het heeft dan weinig zin om minder te eten, zolang je het verkeerde eet.
Je zou beter kunnen stoppen met het tellen van calorieën en vooral kijken naar wat iemand eet. Dat lijkt effectiever te zijn voor zowel de vetopslag als het hongergevoel. Maar, zeggen de auteurs, dit wordt wel bemoeilijkt door de huidige omgeving waarin juist overal veel sterk-bewerkte koolhydraatrijke producten te krijgen zijn.
Er zou dus niet alleen een omslag in denken voor nodig zijn, maar ook maatregelen om de omgeving gezonder te maken.
Geschreven door Marjolein Streur, GezondheidswetenschapperHBO niveau Leefstijlcoach, MSc Health sciences, BSc Gezondheidspsychologie