Wat levert meer beweging op?

Het behalen van bewegingsdoel van het Nationaal Preventieakkoord zorgt niet alleen voor verbetering van de volksgezondheid, maar ook voor een stijging van de zorgkosten. Dit blijkt uit onderzoek van het RIVM. 

Beweegrichtlijnen 

In 2019 voldeed 49 procent van de Nederlandse volwassenen aan de beweegrichtlijnen. Volgens de huidige verwachtingen van het RIVM zal dat in 2040 53 procent zijn. Mensen voldoen aan deze richtlijn als ze minstens 150 minuten per week aan “matig intensieve inspanning” doen, zoals wandelen, en minstens 2 keer per week spier- en botversterkende activiteiten ondernemen. Het doel van het Nationaal Preventieakkoord is dat 75 procent van de volwassen Nederlanders in 2040 voldoet aan de beweegrichtlijnen.

Het RIVM heeft becijferd dat dit dan zal leiden tot minder gevallen van diabetes type 2, hartfalen en coronaire hartziekten en minder beroertes ten opzichte van 2018, toen het Nationaal Preventieakkoord werd opgesteld. Samen zal dit zorgen voor 70 miljoen euro minder zorgkosten per jaar. Als mensen meer gaan bewegen, neemt naar verwachting wel het aantal sportblessures toe. Als deze verwachtte kosten worden meegerekend, blijft er alsnog een besparing van 62 miljoen euro over.

Gewonnen levensjaren 

Door meer te bewegen neemt het aantal levensjaren in Nederland in 2040 naar verwachting met 19.000 jaren toe. In deze gewonnen levensjaren worden wel weer extra zorgkosten gemaakt, door het ontstaan van andere ziektes en door de benodigde verpleegzorg in deze extra jaren.

De onderzoekers berekenden dat de gewonnen levensjaren voor maar liefst 70 miljoen extra zorgkosten zorgen. Onder de streep stijgen de zorgkosten in 2040 dus met 8 miljoen euro. En daarbij kost het misschien ook meer geld om een groter deel van de Nederlandse bevolking aan het bewegen te krijgen.

Is er dan geen winst?

Levert meer sporten ons dan niets op? Natuurlijk wel! Rond 2030, voordat een gezondere populatie een extra beroep gaat doen op de verpleeghuizen, is de besparing juist relatief groot. En daarbij moet in de verwachtingen ook worden meegenomen dat meer sporten ook leidt tot andere gezondheidsresultaten. Voldoende sporten verlengt niet alleen het leven, het kan het leven ook verrijken.

Het positieve effect van sporten op de mentale gezondheid, maar ook op bijvoorbeeld borstkanker of darmkanker, zijn niet meegenomen in het onderzoek. En voor ouderen zorgt meer bewegen ook voor een lager risico op fracturen en geestelijke achteruitgang. Volgens de onderzoekers is het voor vervolgonderzoek belangrijk het model verder uit te breiden met andere beweeggerelateerde ziekten en het onderzoek te benaderen vanuit een maatschappelijk oogpunt.