Elk lichaam heeft een basale behoefte aan nutriënten (voedingsstoffen) om de noodzakelijke lichamelijke functies zo goed mogelijk te laten verlopen. Als iemand een lichamelijk beperking heeft, hoeft dit niet altijd te betekenen dat de basale behoefte minder of anders is.
Beperking in beweging
Wel kan er rekening gehouden worden met voeding, afhankelijk van de beperking. Is er sprake van een beperking in opname van voedingsstoffen in de darmen of iets dergelijks, dan kan er aangepaste voeding geadviseerd worden.
Als de lichamelijke beperking verder geen invloed heeft op het maag-, darm- en leverstelsel, dan kan er gekeken worden naar de bewegingsvrijheid. Vooral op dit vlak kan er voedingsadvies gegeven worden.
Een beperking in lichaamsbeweging kan zorgen voor spierafbraak en obstipatie, maar ook is de kans op gewichtstoename vergroot. Hiervoor kan geadviseerd worden om minder kcal te nuttigen. Door het gewicht regelmatig in de gaten te houden, kan er bepaald worden of er meer, evenveel of minder kilocalorieën gegeten moet worden.
Juiste voeding
Bij een lichamelijke beperkingen worden de "Richtlijnen goede voeding" in elk geval altijd geadviseerd. Deze houden in:
- vezelrijk eten
- voldoende vocht innemen
- voldoende eiwitten
- gezonde vetten.
Een diëtist gespecialiseerd in lichamelijke beperkingen kan hier goed bij helpen.