Voorkomen kan het niet, maar er is wel minder risico op voedselallergieën als een kind borst gevoed is. Een voedselallergie is niet te genezen, maar de meeste kinderen kunnen er wel overheen groeien. Vandaar dat het geven van borstvoeding de eerste zes maanden de voorkeur heeft bij ieder kind, maar voornamelijk bij kinderen met een verhoogd risico op allergieën.
Borstvoeding kan helpen doordat je baby via de moedermelk al kennis maakt met allerlei soorten allergenen. De voedingsmiddelen die de moeder eet komen deels terecht in de moedermelk. Baby's die aanleg hebben voor een allergie kunnen op de manier al wennen aan het allergeen. De kans op het ontwikkelen van de allergie kan groter zijn, wanneer wordt gestart met bijvoeding, als het kind niet al vroegtijdig heeft kunnen wennen aan het allergeen via de borstvoeding. Ook hebben borst gevoede kinderen, bij aanleg voor de allergie, minder intense reacties.
Daarnaast is het, naast het geven van borstvoeding, ook belangrijk om tijdig te starten met bijvoeding. Het risico op ontwikkelen van een voedselallergie is lager wanneer de baby tussen de vier maanden en zes maanden start met eerste hapjes naast de borstvoeding. Eerder of later kan juist weer averechts werken.
