De index van Adolphe Quetelet, ook wel BMI of Body Mass Index genoemd, is ontwikkeld om het gewicht van grote groepen mensen in kaart te brengen en te categoriseren. De methode BMI berekenen is niet gemaakt om individuele gevallen te beoordelen. Dat betekent dat de index niet altijd even betrouwbaar is, omdat ieder lichaam anders in elkaar zit. Zo houdt dit systeem geen rekening met het verschil tussen vet- en spierweefsel. Een bodybuilder met sterk ontwikkelde spieren zal dus binnen de categorie overgewicht vallen, terwijl hij of zij een laag vetpercentage heeft.
Het systeem houdt ook geen rekening met alle verschillen in lichaamsbouw. Bij de meeste tabellen wordt het verschil in leeftijd meegerekend, net als het verschil tussen mannen een vrouwen. Er wordt alleen geen rekening gehouden met verschillende etniciteiten. Zo zijn Aziaten bijvoorbeeld over het algemeen kleiner gebouwd dan Europeanen, waardoor zij sneller binnen de categorie “ondergewicht” vallen.
Het is dus belangrijk je niet blind te staren op je BMI. De verhouding tussen vet- en spierweefsel is namelijk ook belangrijk. Dit betekent niet dat het een onbruikbaar hulpmiddel is. Met behulp van dit systeem kun je namelijk een algemeen beeld krijgen van je gewicht en of je binnen een gezonde of ongezonde categorie valt. Twijfel je of je goed op gewicht bent? Je kunt altijd nog andere methodes gebruiken, zoals het meten van je buikomvang en vetpercentage of advies inwinnen bij een diëtist of huisarts.