De ophef rond dit vraagstuk focust zich vooral op een toevoeging in het brood, namelijk broodverbetermiddel. De naam zegt het al, maar deze toevoeging zorgt er voor dat brood langer luchtig, vers en zacht blijft. Dit geldt vooral voor brood dat door grote supermarktketens verkocht worden.
Broodverbeteraar
Broodverbetermiddelen bevatten namelijk L-cysteine. Dit is een aminozuur (kleinste vorm van eiwitten) welke in grote hoeveelheden te vinden zijn in dierlijke producten (denk aan eendenveren maar ook dieren- of mensenhaar). Mensenhaar bevat dus ook een grote hoeveelheid L-cysteïne. Dit maakt menselijk haar een perfecte bron om het broodverbetermiddel te maken.
Haar...poeder?
Bepaalde landen in Azië maken het broodverbetermiddel ook met gebruik van mensenhaar. Het is namelijk goedkoper en makkelijker om aan mensenhaar te komen. Echter worden eendenveren, paarden-, varkens- en mensenharen zodanig verwerkt dat de structuur van het haar oplost en je enkel de eiwitten in een pure (poedervorm) overhoudt. Ongeveer 0,005% van je brood bestaat dan uit deze toevoeging.
European Food Safety Authority
Vanuit de Europese Unie is besloten dat er binnen Europa geen voedingsmiddelen verkocht of gebruikt mogen worden welke (deels) bestaan uit menselijke restanten. L-cysteïne wordt wel gebruikt (onder E-nummer 920), maar mag dan enkel synthetisch zijn of zijn gewonnen uit dierlijke producten. De EFSA is het orgaan dat hier gelukkig strenge controles op doet, zodat we met een gerust hart kunnen zeggen dat wij géén menselijke restanten in onze voedingsmiddelen kunnen aantreffen.
Conclusie
In sommige landen wordt er een bestandsdeel van menselijk haar gebruikt voor het maken van broodverbetermiddel, welke toegevoegd wordt in het maken van brood.
Maar nee, in de EU is dat niet toegestaan. E-920 mag enkel synthetisch zijn of van dierlijke producten gemaakt zijn.