Slechts 20 procent van de volwassenen eet iedere dag vlees en 30 procent eet 5 of 6 dagen per week vlees. Bijna 5 procent eet nooit vlees, zo blijkt uit onderzoek van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS).
Bijna helft is flexitariër
Het CBS ondervroeg in de eerste helft van 2020 ruim 3.600 volwassen Nederlanders naar hun vleesconsumptie. De helft van de Nederlanders blijkt minimaal 5 dagen vlees te eten. Circa 45 procent eet maximaal 4 dagen in de week vlees, ook wel flexitariërs genoemd.
Vegetariër, pescotariër of veganist
Bijna 5 procent van de Nederlanders eet nooit vlees. Deze groep is onder te verdelen in 1,7 procent vegetariërs (geen vlees, geen vis),2,6 procent pescotariërs (geen vlees, wel vis) en 0,4 procent veganisten (volledig plantaardig dieet). Hoogopgeleiden, vrouwen en mensen jonger dan 35 jaar eten vaker geen vlees. Stedelingen eten vaker pescotarisch, vegetarisch of flexitarisch dan plattelandsbewoners.
Dierenwelzijn en klimaat
Het dierenwelzijn is de meest genoemde reden om geen vlees meer te eten. Andere veelgenoemde redenen zijn klimaat of milieu. Voor flexitariërs wegen persoonlijke redenen (gezondheid, geen behoefte aan vlees of de smaak van vlees) zwaarder dan dierenwelzijn, klimaat of milieu.
Minderen met vlees
In 2020 zegt 35 procent van de volwassenen dat ze in de voorafgaande 12 maanden minder vlees zijn gaan eten dan daarvoor, door vleesloze dagen in te lassen of door kleinere porties vlees te eten. Een half procent van de volwassenen is het afgelopen jaar gestopt met het eten van vlees. Daarentegen is 1,5 procent juist meer vlees gaan eten. Bij de meerderheid is de vleesconsumptie het afgelopen jaar niet veranderd.