Er worden voldoende plantaardige eiwitten geproduceerd in de wereld om de wereldbevolking te voeden. Dat concludeert dr. Stacy Pyett, programmamanager “Proteins for Life” van Wageningen University.
Wereld is te voeden met uitsluitend plantaardige voeding
Plantaardig eetpatroon
Als alle consumenten op aarde overschakelen naar een plantaardig eetpatroon, komen er meer plantaardige eiwitten beschikbaar voor mensen, legt Pyett uit.
Dit komt omdat ongeveer de helft van alle plantaardige eiwitten nu wordt gebruikt als veevoer. Bovendien heb je minder landbouwgrond nodig voor een plantaardig eetpatroon dan voor ons huidige eetpatroon.
Vind je het lastig om meer plantaardig te eten? Start met het vervangen van 1 maaltijd per dag door een plantaardige maaltijd en bouw dit langzaam uit.
Beschikbaarheid plantaardige eiwitten
Uit onderzoek blijkt dat er in 2018 bijna 630 miljoen ton aan eiwitten in de wereld werden geproduceerd: 109 miljoen ton dierlijke eiwitten en 520 miljoen ton plantaardige eiwitten.
Pyett schat dat ongeveer de helft van de plantaardige eiwitten in veevoer werden verwerkt. Die komen, als we overschakelen naar een puur plantaardige voeding, beschikbaar voor menselijke consumptie.
Verder verwacht ze dat een derde deel van deze productie, net als nu, verloren gaat tijdens de oogst, verwerking, transport, opslag, in de winkel of bij de consument. Zo resteert 346 miljoen ton plantaardige eiwitten per jaar in de wereld.
Eiwitbehoefte
Pyett vergeleek dit aantal met de jaarlijkse eiwitbehoefte van de wereldbevolking. Volgens de Wereldgezondheidsorganisatie WHO heeft een volwassene gemiddeld tussen de 50 en 60 gram eiwitten per dag nodig.
Dat betekent dat de bijna 8 miljard mensen op aarde jaarlijks 172 miljoen ton eiwitten moeten eten om gezond te blijven. Als alle wereldburgers de Nederlandse consumptie van 79 gram eiwit per persoon per dag bereiken, hebben we wereldwijd 227 miljoen ton eiwitten nodig.
Hoe gezond eet jij?
Doe de quiz en kom er in enkele minuten achter! Ook ontvang je een persoonlijk advies waarin staat hoe je je eetpatroon kunt verbeteren.
Wil jij graag je gezondheid verbeteren?
Gebruik onze gratis Matching tool om de voedingsexpert te vinden die jou het beste kan ondersteunen.
Ga naar de Matching toolWist je dat...
...twintig jaar geleden dat schatting op 16.000 veganisten in Nederland was? Ondertussen is dit verhoogd naar 170.000 Nederlanders.
De wereldwijde beschikbaarheid van plantaardige eiwitten (346 miljoen ton) is volgens haar dus ruim voldoende om in de wereldwijde behoefte aan eiwitten (227 miljoen ton) te voorzien.
Minder landbouwgrond nodig
Ten tweede keek Pyett of er wereldwijd voldoende landbouwgrond beschikbaar is voor een puur plantaardig eetpatroon.
Daarbij put ze uit onderzoek van Wageningse wetenschapper dr. Hannah van Zanten, die het benodigde landgebruik in de wereld uitrekende voor onder andere het huidige eetpatroon en het veganistische eetpatroon.
Daaruit blijkt dat voor het huidige eetpatroon gemiddeld 0,17 hectare landbouwgrond per persoon per jaar nodig is, terwijl voor het veganistische eetpatroon maar 0,12 hectare nodig is. Met een volledig plantaardig eetpatroon heb je dus bijna 30 procent minder landbouwgrond nodig in de wereld, concludeert Pyett.
Hoe gezond eet jij?
Doe de quiz en kom er in enkele minuten achter! Ook ontvang je een persoonlijk advies waarin staat hoe je je eetpatroon kunt verbeteren.
Het kringloop-dieet
Pyett en haar collega’s hebben ook nog een hele andere duurzame optie onderzocht. Dat is het zogenoemde kringloop-dieet.
Hierbij worden landbouwhuisdieren alleen gevoed met gras en voedingsresten, die niet meer geschikt zijn voor menselijke consumptie. Hierdoor worden voor ons oneetbare producten omgezet in dierlijke eiwitten.
Op deze manier is een eetpatroon mogelijk met weinig vlees en veel plantaardig eiwit, dat nog maar tussen de 0,08 en 0,11 hectare landbouwgrond per persoon vergt.
Dat schept volgens Pyett nog meer ruimte om niet alleen de wereldbevolking te voeden, maar ook om de natuur te herstellen, de biodiversiteit te vergroten en CO2 vast te leggen.
Geschreven door Sophie Luderer, Diëtist en tekstschrijverBSc Voeding en diëtiek