Obesitas kan verschillende oorzaken hebben. Door de behandeling meer op de oorzaak op af te stemmen, wordt de behandeling effectiever en leidt het tot meer gewichtsverlies. Dat blijkt uit onderzoek onder 450 mensen.
Indeling in 4 fenotypes
Aan de studie deden 450 mensen met obesitas mee. Aan de hand van verschillende testen keken de onderzoekers of de deelnemers ingedeeld konden worden bij 1 van de 4 “fenotypes”:
- Hongerig brein (abnormale verzadiging); erg veel eten als je trek hebt
- Hongerige buik (abnormale verzadiging na de maaltijd); maag is na de maaltijd weer snel leeg
- Emotionele honger (hedonisch eten); eten om emoties te verwerken
- Langzame verbranding (abnormale energie-verbranding in rust); erg langzame verbranding van het eten in rust
Interventie op basis van fenotype
De mensen die hoog scoorden op minimaal een fenotype (85 procent) kregen een behandeling die specifiek op dat probleem gericht was. Dit bestond uit medicatie, aangevuld met onder andere een leefstijladvies en/of een operatie. De overige mensen (15 procent) kregen de standaardzorg van een team in een obesitaskliniek; zij vormden de controlegroep.
Na 12 maanden was 80 procent van de mensen in de fenotype-groep 10 procent of meer afgevallen. In de groep die de algemene behandeling kreeg was maar 35 procent zo veel afgevallen. Het gemiddelde gewichtsverlies was 12,1 kg in de fenotype-groep en 7,8 kg in de controlegroep.
Beste behandeling tegen obesitas
Voor obesitas is er volgens de onderzoekers geen eenvoudige oplossing. Maar door het vaststellen van het fenotype kunnen behandelaars de best passende behandeling inzetten. Het probleem is nu nog dat er veel onderzoeken en tests nodig zijn om te bepalen tot welk fenotype iemand behoort. De onderzoekers hopen dat in de toekomst een bloedtest voldoende zal zijn.