Mononatriumglutamaat (MSG), ook bekend als ve-tsin of E621, is het natriumzout van glutaminezuur (een aminozuur of bouwsteen van eiwit). MSG komt van nature voor in sommige voedingsmiddelen, waaronder tomaten en kaas.
Van oudsher
De commerciële synthese van MSG begon in 1909. Oorspronkelijk werd het gemaakt door de hydrolyse van natuurlijke eiwitten uit bijvoorbeeld tarwemeel en sojavlokken. Tegenwoordig wordt MSG gemaakt door bacteriële fermentatie. MSG wordt bij het koken gebruikt als smaakversterker met een umami-smaak die de hartige smaak van voedsel intensiveert. MSG wordt veel gebruikt in bouillonblokjes, soepen, ramen, jus, stoofschotels, kruiden en hartige snacks.
Onderzoek naar veiligheid
Het is een populaire overtuiging dat MSG hoofdpijn en andere gevoelens van ongemak kan veroorzaken, ook wel bekend als 'Chinees restaurantsyndroom'. Onderzoeken tonen echter dergelijke effecten niet aan wanneer MSG wordt gecombineerd met voedsel in normale concentraties. Een samenvatting van de verschillende onderzoeken naar de effecten van MSG op de gezondheid werd gepubliceerd in 2000. De uiteindelijke conclusie was dat door het ontbreken van wetenschappelijk bewijs voor schadelijke effecten, de stof beschouwd kon worden als een veilig additief voor voedingsmiddelen. Alleen bij de inname van de pure stof in grote hoeveelheden werden subjectieve symptomen waargenomen bij mensen die zichzelf als overgevoelig voor deze stof beschouwden. In het algemeen kan dus worden geconcludeerd dat de inname van MSG veilig is.