Uit de Voedselconsumptiepeiling van het RIVM blijkt dat we dol zijn op tussendoortjes. Gemiddeld eten en/of drinken Nederlanders maar liefst negen keer per dag. De meeste mensen eten drie hoofdmaaltijden. Tussendoortjes geven je een kans om extra voedingsstoffen, zoals vezels, vitamines en mineralen, binnen te krijgen.
Het lichaam raakt gewend aan deze vaste tijden om te eten. Zonder een eetpatroon vallen we snel terug op tussendoortjes. Wanneer je geconcentreerd of fysiek bezig bent kan het gevoel van trek eerder komen dan dat de volgende maaltijd zich aandient. Door de inspanning heeft het lichaam meer brandstof nodig, dit is heel normaal en hiervoor kan er prima een tussendoortje worden gegeten.
Tot slot geldt dat het lichaam geen tijdstippen onderscheidt wanneer iemand wat eet. Waar vaak wordt gedacht dat je na 20:00uur eten zou kunnen aankomen, is dan ook een fabel. Het lichaam heeft dan geen biologische klok waarbij het ervoor zorgt dat het eten na dit tijdstip kan zorgen voor het opslaan van extra vet. Daarom hoef je ook niet altijd op hetzelfde tijdstip wat te eten.