Een te hoge bloedsuikerspiegel wordt een hyperglykemie oftewel hyper genoemd. Je bloedsuikerspiegel fluctueert gedurende de dag, dit heeft onder andere te maken met wat je eet en drinkt. Als je een hyper hebt zit er te veel glucose in je bloed.
Een hyper kan ontstaan door verschillende redenen. Bijvoorbeeld doordat je net begonnen bent met een ander voedingspatroon, doordat je last hebt van een infectie of doordat je te veel suikerhoudende producten hebt gegeten of gedronken. Hyperglykemie komt vaak voor bij mensen met diabetes en het is dan vaak het gevolg van te weinig of verkeerde insuline spuiten of een niet goed werkende insulinepomp. Mensen met diabetes kunnen een hyper voorkomen of verhelpen door (op tijd) insuline te spuiten.
De volgende symptomen kunnen optreden bij een hyper:
- overmatig plassen
- extreme dorst
- vermoeidheid
Je kunt een hyper voorkomen door regelmatig je bloedglucosewaardes te meten.
Het tegenovergestelde van een hyper is een hypo. Bij een hypo zit er vaak te weinig glucose in je bloed. Bij het verhelpen van een hypo kan het daarom helpen om iets suikerhoudends te eten of te drinken.