Veel mensen drinken tijdens de maaltijd; denk aan een glas melk bij het ontbijt of een glas wijn bij het diner. Echter kan je beter niet drinken tijdens de maaltijd, omdat je hierdoor minder goed kauwt. Voedselresten worden onvoldoende verteerd en voedingsstoffen minder goed opgenomen, wat in de darmen kan zorgen voor darmklachten. De maaginhoud neemt ook toe, waardoor de kans groter is op een opgeblazen buik en winderigheid.
Daarnaast heeft het invloed op het maagzuur, dit heeft een bepaalde zuurgraad nodig om eiwitten af te breken en bacteriën te doden. Wanneer je drinkt, wordt het maagzuur minder zuur. Hierdoor worden eiwitten niet goed afgebroken en bacteriën onvoldoende gedood. Dit kan leiden tot o.a. misselijkheid, diarree of voedselvergiftiging.
Het is daarom verstandig om tussendoor voldoende te drinken en vlak voor de maaltijd niet te drinken: zo kan de spijsvertering beter verlopen, wat darmklachten kan voorkomen.