Wageningse onderzoekers hebben een test ontwikkeld, waarmee mensen met een voedselallergie ter plekke hun voedsel kunnen testen op de aanwezigheid van allergenen.
Sporen van pinda of noten
Als iemand met bijvoorbeeld een pinda-allergie onverhoopt pindasporen binnenkrijgt, heeft dat soms ernstige medische gevolgen. Het advies is dan voedingsmiddelen met pinda absoluut te vermijden. Maar op veel verpakkingen staat dat een product sporen van bijvoorbeeld pinda of noten “kan bevatten”.
Dat komt omdat in fabrieken verschillende soorten voedsel met elkaar in contact kan komen. Zo kunnen minieme deeltjes van pinda’s of noten via de lucht in ander voedsel terechtkomen. Dat wordt ook wel kruisbesmetting genoemd. Onderzoekers van Wageningen University & Research hebben nu een eenvoudige zelftest ontwikkeld, waarmee consumenten kunnen testen of er sporen van bijvoorbeeld pinda in een product zitten.
Eenvoudige zelftest
Bij de voedselallergenentest neem je een klein monster van wat je wilt eten, zoals een koekje. Dat stop je in de test. Wanneer zich allergenen in het monster bevinden, verschijnt binnen enkele minuten een zwarte lijn op de teststrip, samen met een controlelijn. Verschijnt er geen lijn, dan kun je het product veilig eten. De controlelijn zie je dan wel, zodat je weet dat de test goed is uitgevoerd.
Wil je nog meer weten, dan kun je de test met een speciale houder koppelen aan je smartphone. Vervolgens kun je dan de hoeveelheid allergenen in het monster aflezen op het scherm. In deze korte, Engelstalige video demonstreren de onderzoekers het gebruik van de zelftest voor voedselallergenen.
Nog niet te koop
De zelftest is helaas nog niet ver genoeg ontwikkeld om op de markt verkrijgbaar te zijn. Om de zelftest verder te onderzoeken, hopen de onderzoekers subsidie te krijgen.