Nutriënten zijn voedingsstoffen die je als mens nodig hebt, zodat verschillende lichaamsprocessen, zoals groei, stofwisseling en ademhaling, plaats kunnen vinden.
Antinutriënten komen van nature voor in plantaardige producten en kunnen de opname van voedingsstoffen belemmeren. Deze stofjes zitten in planten met eigenlijk maar één doel; het beschermen van deze planten om zo de soort in stand te houden. Denk hierbij aan zaden die door vogels worden opgegeten. Deze zaadjes worden niet opgenomen, maar in z'n geheel weer uitgescheiden en zo zorgt de plant voor verspreiding van de soort. Een ander voorbeeld is een giftig plantje, dat zo beschermd is tegen vraat door insecten of andere dieren.
Antinutriënten in voeding
Antinutriënten zijn stoffen die van nature voorkomen in veel voedingsmiddelen. Zo komen ze voor in groente, fruit maar ook in graansoorten en melk.
Ondanks dat deze stoffen in veel voedingsmiddelen voorkomen, betekent het niet dat je niks meer kan eten. Veel van deze stoffen die bijvoorbeeld in bepaalde groenten zitten, worden namelijk inactief door de juiste bereidingswijze. Als je bijvoorbeeld broccoli kookt worden de antinutriënten inactief.
Gezondheidsvoordelen
Ondanks dat antinutriënten in grote hoeveelheden niet heel goed zijn voor de gezondheid, hebben sommige antinutriënten ook gezondheidsvoordelen. Zo kan fytinezuur, een antinutriënt die onder andere in granen, peulvruchten, koffiebonen en noten zit, het cholesterol verlagen en voorkomen dat de bloedsuikerspiegel snel stijgt.
Nadelige gevolgen lectine en oxaalzuur
Lectine en oxaalzuur zijn ook voorbeelden van antinutriënten. Lectine komt voor in peulvruchten en granen en kan in grote hoeveelheden zorgen voor symptomen zoals braken en koorts. Oxaalzuur zit in voedingsvezels en spinazie en kan voor problemen zorgen wanneer je onvoldoende calcium binnenkrijgt.
