Het advies van de Gezondheidsraad is om minder dierlijke en meer plantaardige voedingsmiddelen te gebruiken. Volgens professor Sander Kersten van de Wageningen University & Research kan dit gevolgen hebben voor de voorziening van vitamines en mineralen. Dit komt omdat er ook bepaalde belangrijke vitamines en mineralen in dierlijke producten voorkomen en niet of minder in plantaardige bronnen.
Wanneer iemand volledig overgaat op een plantaardig voedingspatroon, wordt de kans op tekorten aan ijzer, calcium, vitamine B12 en zink verhoogd. Daarnaast is ijzer een belangrijk aandachtspunt omdat ijzer slecht wordt opgenomen uit plantaardige voedingsmiddelen.
Dierlijke producten, vooral vlees en zuivel, zijn belangrijke bronnen van micronutriënten. Zo is vlees niet alleen een goede bron van het goed opneembare heemijzer, maar ook van zink, selenium en vitamine B12. Zuivel levert niet alleen calcium, maar ook vitamine A, B1, B2, B12, zink en selenium.
Dat is de reden waarom ijzer en calcium vaak worden toegevoegd aan vleesvervangers om tekorten te voorkomen. Tot slot is het belangrijk dat je bij een volledig plantaardig voedingspatroon vitamine B12 te suppleert, omdat dit van nature alleen in dierlijke producten voorkomt.