Elektrolyten zijn mineralen die elektrisch geladen zijn als ze in water opgelost zijn. Elektrolyten die in het lichaam voorkomen, zijn natrium, chloride, kalium, calcium, magnesium, fosfaat en bicarbonaat.
Een groot deel van deze elektrolyten krijgt het lichaam binnen via voeding. Zo wordt er vaak tafelzout, ook wel natriumchloride, toegevoegd aan gerechten, gepekelde producten en kaas. Kalium zit in fruit en groenten zoals banaan, avocado en zoete aardappel. Calcium komt veel voor in melkproducten, maar ook in groene bladgroenten en broccoli. Verder zijn noten en zaden rijk aan magnesium. Tot slot zit fosfaat in eiwitrijke voedingsmiddelen zoals kaas, melkproducten, vlees, peulvruchten en noten. Bicarbonaat kan het lichaam zelf aanmaken.
Al deze elektrolyten hebben een aparte functie in het lichaam. In het kort zorgen elektrolyten voor een goedwerkend zenuwstelsel en spieren. Ook houdt het de pH-waarde en vochtgehalte in ons lichaam in balans. De meeste mensen krijgen uit de voeding genoeg elektrolyten binnen.