Een graankorrel bestaat uit het meellichaam, zemel en kiem. Om hier volkorenmeel van te maken wordt de hele graankorrel gemalen. Als dit volkorenmeel nog wordt gezeefd, worden de zemelen en de kiemen eruit gehaald en blijven er alleen de gemalen meellichamen over. Dit noemen we bloem. Bloem wordt gebruikt voor het bereiden van witbrood.
Door het weghalen van de zemelen en de kiemen van graankorrels, gaan er ook voedingsstoffen verloren zoals vezels, B-vitamines en vitamine E. In meellichamen zitten ook voedingsstoffen die wel behouden blijven zoals B-vitamines, ijzer, fosfor en vet.